Het is zover, de einddatum van ons Thailand visum begint te naderen… Dit betekent dat we ons zo zoetjes aan richting de grens zullen moeten gaan verplaatsen. Een logische volgende stap zou Chiang Rai zijn, de hoofdstad van de gelijknamige provincie,een stad dichtbij de grenzen van zowel Myanmar (Birma) als Laos. We zouden natuurlijk op de minibus kunnen springen om ons er op het gemak heen te laten rijden, maar in plaats daarvan kiezen we ervoor om nog een klein beetje off the beaten track te gaan. Onze bezoekjes aan de steden Chiang Mai en Pai waren absoluut zááálig, maar het is tijd om weer even het massatoerisme van ons af te schudden en voor een paar daagjes ons eigen pad te bewandelen.
Onze keuze is gevallen op het slaperige stadje Chiang Dao, zo’n 80km ten noorden van Chiang Mai. Ik zal eerlijk zijn, Chiang Dao is saai. Behoorlijk saai. Er is hier weinig tot niks te beleven, het “centrum” beslaat welgeteld één enkele straat, geen barretjes of woest nachtleven, en de weinige “restaurantjes” (lees: eetstalletjes) die het stadje rijk is, sluiten allemaal al om 20u of zelfs eerder. Nope, deze stad is duidelijk niet gericht op het entertainen van de mainstreamtoerist! En nu hoor ik je al denken: “Wat brengt jullie dan hier, in dit weinig enerverende gehucht?”. Bedoel je letterlijk of figuurlijk? Goed, laten we dan beginnen met wat ons hier letterlijk brengt:
Het leuke van het “van de gebaande paden afwijken” is elke keer weer de uitdaging van het “hoe er te geraken” (voor de Nederlandse lezers onder ons: Hoe kóm je er in godesnaam?). Aangezien dit soort bestemmingen zich meestal in het hol van Pluto bevinden (NL: in een godverlaten gat), zijn er geen minivans, toeristen- of VIPbussen die je er heen zullen brengen. Als je net zoals wij niet over eigen vervoer beschikt én geen vermogen aan taxikosten wilt uitgeven, ben je dus afhankelijk van het openbaarvervoer, in dit geval de public bus. En daar zit em meteen de uitdaging…
Nee, we zitten hier níet in de grote stad en nee, we zitten hier ook níet in West Europa, dus verwacht hier geen bushaltes met keurig aangegeven buslijnen of tijden. Gelukkig hebben we ons huiswerk goed gedaan en weten we precies welke bus we waar moeten nemen. Maar dan komt de volgende uitdaging: waar moet je de bus weer áfstappen? In het verleden hebben we al eens de fout gemaakt door onvoldoende voorbereid op de public bus te stappen en te denken dat het heus wel érgens zou staan aangegeven, of dat de busboy ons wel zou kunnen helpen. Wat bleek? Geen enkele bordjes te vinden bij de haltes, de borden langs de weg waren enkel maar in het thais (voor degene die het misschien niet weten, in Thailand hanteren ze dus een ander schrift, welke voor mij gelijkstaat aan Chinees, Arabisch of hiërogliefen) en, surprise surprise… de busboy sprak geen woord Engels (en nee, ik weet écht niet hoe je Southern busstation in het Thais zegt). Resultaat: op de gok maar afstappen om uiteindelijk toch weer in een peperdure taxi te eindigen omdat je ergens in de middle of nowhere gestrand blijkt te zijn. Maar, veel leerzame lessen later lukt het ons nu zowaar om in éne keer onze eindbestemming te bereiken! Mét bijbehorende overstap zelfs!! Diploma hoe-gebruik-te-maken-van-het-openbaar-vervoer-ver-van-de-bewoonde-wereld-af is behaald!
Die public bussen zijn trouwens al een attractie op zich. We hebben al op aardig wat verschillende gezeten, maar elk ritje en vooral de soorten medereizigers op zo’n bus zijn steeds weer een verrassing. Overvolle bussen, uitgestorven bussen, bussen met enkel een soort houten krukjes, of bussen met lange rijen smalle bankjes waar wij amper met z’n tweeeën naast elkaar op passen, maar welke officieel bedoeld waren om zitplek te verschaffen aan drie man. Bussen vol met monniken, legermannetjes of schoolkinderen, en voornamelijk veel bussen waar de helft van alle inzittenden de hele rit enkel oog bleek te hebben voor onze lange witte Dennis…. Een oud Thais dametje die haar drie huiskatten in een soort juttezak met zich meezeulde is mij het meeste bijgebleven. Onze vriendschap was al geboren bij de bushalte, op het moment dat ik bij haar katten bleef waken en de honden op een veilige afstand hield, zodat mevrouw zelf met een gerust hart snel nog even naar de wc kon. Een gezellig gesprekje tussen ons volgde hierop. Zij had het waarschijnlijk over die rot honden, terwijl ik tegen haar liep te klagen dat de bus weer te laat was. Helemaal zeker zullen we het nooit weten, aangezien wij beide doodleuk in onze eigen taal tegen elkaar aan het babbelen waren. Maar met een simpele glimlach en een knikje heb je zomaar een volwaardige dialoog te pakken!
Goed, terug naar ons verhaal… Na zo’n 5 uur op de bus te hebben gezeten stappen we vol trots uit in dit charmante (lees: kleine), pittoreske (slaperige) stadje (gehucht). En direct bij het uitstappen zien we hem al staan, op de achtergrond van de hoofdstraat, impossant, enorm indrukwekkend en met zijn hoofd mysterieus verscholen in de wolken; De Berg van Chiang Dao…. Met zijn ruim 2km hoge top behoort deze berg tot één van de hoogste van Thailand. Als een ware Goliath prijkt hij boven dit kleine stadje, dag en nacht wakend over zijn inwoners. En omdat deze berg té steil is voor veel bergstammen om er te kunnen wonen, zijn de bossen op deze berg nagenoeg nog onaangetast. Ongerepte jungle!! Kilometers lange grotten! Watervallen! En daarmee hebben we hiermee meteen het andere antwoord op de vraag gegeven: “Wat brengt jullie hier?” (figuurlijk dan nu welteverstaan). Wel, dit kleine stadje zal de komende dagen als onze uitvalsbasis fungeren voor het verkennen van deze grote vriendelijke reus. En met ook nog eens een National Park op 40km afstand zijn we maar al te blij dat we in dit kleine stadje zijn beland! Hop hop, scootertje huren en op verkenningstocht!













Deze waterval is opgebouwd uit limestone, een steensoort die voor een wonderbaarlijke grip zorgt onder de voetjes. Makkelijk omhoog klauteren dus!!!

Het leukste van de kleine niet toeristische stadjes; de bewoners zijn oprecht geïnteresseerd en nieuwsgierig naar je en maken graag een praatje, zónder dat ze je iets willen verkopen… Na een paar dagen heb je dus al snel veel nieuwe vrienden gemaakt! 😉




Na afscheid genomen te hebben in Chiang Dao zijn we verder gereisd richting een ander klein stadje, Thaton, om vanaf daar de public boat naar Big City Chiang Rai te nemen. Normaal zou deze boot om 12.30 vertrekken en ons in 4 uurtjes tot Chiang Rai brengen. Echter, om 12.30 weigerden ze te vertrekken totdat er nog minstens twee anderen mee zouden gaan. We waren namelijk de enige die met die boot mee wilden en ze vonden het blijkbaar de moeite niet om enkel met ons te vertrekken! Na 1,5 uur gewacht te hebben kwam er eindelijk nog twee man bij en konden we gaan varen. Tip van de dag; Heb vooral geen haast als je off the beaten track gaat….
22 juli 2014 at 10:34
Geweldig al die foto’s, ze geven toch een geweldige indruk weer van
hetgeen jullie daar beleven. Zo ervaren wij dat..! En dan al dat lekkere eten.
Eten met stokjes…..jullie hoeven niet ,op een houtje te kluiven ha ha .
Hamburger en pizza, zijn jullie al een frite-kot tegengekomen Dennis ?
Veel plezier en goede reis.
LikeGeliked door 1 persoon
23 juli 2014 at 03:37
Nog geen frietkot gezien hier, wel een bar waar ze Duvel en Jupiler verkopen! Schreeuwend duur, dat wel, dus die biertjes hebben we maar overgeslagen…
LikeLike
22 juli 2014 at 22:35
Tante Ina,
Wat maken jullie wat leuks van jullie reis. Ook spannend hoor wat de dag je gaat brengen.
Hoe kwamen jullie in en uit die kilometerslange grot?
Toch wel met een gids mag ik hopen. Het was weer een leuk verslag en wij wensen jullie natuurlijks nog veel moois toe en blijf gezond.
Lieve groeten Oom F rans en Tante Ina.
LikeGeliked door 1 persoon
23 juli 2014 at 03:50
Ja, we vinden het inderdaad een super leuke manier van reizen, de vrijheid hebben om te gaan en te staan waar we willen en openstaan tot alle nieuwe dingen die op je pad kunnen komen!
Sommige plaatsen kunnen we inderdaad niet zelfstandig ontdekken. De grotten bijvoorbeeld hadden een deel van een km lang die je veilig zelfstandig kon bezoeken. Verder was er nog een gedeelte van 8,5 km open voor publiek, maar er werd aangeraden om deze met een gids en lamp te verkennen, omdat het makkelijk was om er te verdwalen…. dan is de keuze voor ons snel gemaakt! 😉
LikeLike
28 juli 2014 at 15:33
hier ben ik nog eens. zo’n gastvrije mensen daar! de grappigste foto vond ik van dennis en dat dametje. raar jullie van zover weg te zien, ik kreeg er een krop van in m’n keel. see jou later alligater…
LikeLike
29 juli 2014 at 04:48
Hey lieve meter en Marc, wat leuk om van jullie te horen, jullie hebben onze website dus ook gevonden? 😀 Ja Dennis met z’n bijna 2 meter is echt een attractie hier in dit kleine-mensen-land, té grappig!! We beleven echt super veel geweldige dingen hier, het is bijna teveel om op te noemen! Voor je het weet zijn we weer thuis, dus we proberen optimaal te genieten van alles om ons heen… We denken aan jullie! Veel groetjes aan iedereen daar, kussen van ons xxx
LikeLike