‘Dat is dan honderd en tien dollar alstublieft,’ zegt de dame achter het bureautje, terwijl ze ons vriendelijk toelacht. Dennis kijkt me even zuchtend aan, terwijl hij zijn portemonnee trekt, en ik weet bijna zeker dat hij precies hetzelfde denkt als ik. ‘Pffff, daar gáát ons dagbudget weer!’ Het is namelijk al de zoveelste keer dat we (voor ons doen) zo’n grote uitgave moeten doen en het zal helaas ook niet de laatste keer zijn. Visums. Can’t travel without them.
Ow, wat heb ik toch een hekel aan dat ini-mini stukje papier. Of eigenlijk moet ik zeggen “sticker”. Maar jammer genoeg hebben we ze harder nodig dan wát dan ook, als we door Zuid Oost Azië willen blijven reizen. Oké, eerlijk is eerlijk, ze krijgen een gedeelde 1e plek op ons “belangrijkste-bezit-tijdens-de-reis-lijst”, samen met pinpas en paspoort.
Maar het visum staat dan wél weer met stip op nummer 1 in de categorie met de hoogste irritatie factor! Niet alleen kosten ze je vaak klauwen met geld (geld wat we véél liever aan lekker eten willen uitgeven), ook zijn ze in mijn hoofd een enorme beperking op je reis-vrijheid. Ik hou er namelijk niet van om aan datums vast te zitten. En een visum heeft meestal zelfs twéé datums die je beperken in je bewegingsvrijheid! Een datum dat je een land in mag én een datum dat je gedwongen wordt om weer verder te reizen.
Zo ook in dit geval. We hebben na ons eiland avontuur nog even lekker de toerist kunnen uithangen in andere, prachtige delen van Cambodja. De stranden in Sihanoukville, Kampot met z’n sfeervolle rivier en de indrukwekkende Killing Fields bij Phnom Penh zijn plekken die we onder andere nog bezocht hebben. Maar hoe langer we van dit prachtige land aan het genieten zijn, hoe dichter we bij DE datum komen. De datum dat ons visum afloopt…
En dan begint de ellende weer. Want vanaf dan moeten we gaan plannen en bedenken wat we de komende paar weken weer eens willen gaan doen, terwijl we vaak nog niet eens weten wat er voor mórgen op onze agenda staat! Ons brein gaat dan ook als een gek tekeer; ‘Blijven we nog wat langer hier?’, ‘Kunnen we ons visum gewoon verlengen of moeten we een border-run doen?’ (dus snel een dagje de grens over en weer terug) ‘Zullen we dan toch maar naar een ander land gaan’ en: ‘Wélk land wordt dan de volgende bestemming?’. Geloof me, voor spontane reizigers zoals wij, hebben deze vraagstukken al voor aardig wat hersenkronkels gezorgd.
Waarom kunnen we die lastige, peperdure visums niet gewoon afschaffen? Of nog beter: laten we gewoon ook meteen de grenzen afschaffen! Het zou alles zoveel simpeler maken. Okay, ik weet heus wel dat dat in de praktijk helemaal niet mogelijk zou zijn, maar toch… in mijn ideale droom wereldje zou dat perfect zijn! Dan leven we allemaal gewoon op dezelfde aardbol (wat we nu ook al doen), niks geen ‘dit is van jou en dit is van mij’, allochtoon of autochtoon, vreemdeling of toerist. Lekker gezellig met z’n allen als een stelletje grenzeloze wereldbewoners!
Zelfs als Uniebewoner in ons zogenaamde open-grenzen-EU, met de vrijheid van woon en werkverkeer, ben ik al menig keer tegen een keiharde muur aangelopen. “Verhuizen” naar België bijvoorbeeld, wat dus nog steeds gewoon emigreren is. Het heeft máánden geduurd om alles rond te krijgen; inschrijven in een stad, een bankrekening openen en een geldig ID bewijs krijgen (zonder ID kaart kan je werkelijk niks in België). En al die maanden was ik dus een spookbewoner, zonder land en dus eigenlijk zonder bestaansrecht. Zelfs mijn loon kon ik niet eens ontvangen terwijl ik gewoon al netjes aan het werk was! Open grenzen noemen ze dat dan, jaja…
En nu mogen we dus onze zuurverdiende dollars weer neerleggen voor nog weer een nieuw visum. In onze ogen de grootste begrenzing van onze reis-vrijheid. Maar toch, als we na een paar dagen ons paspoort terug krijgen met die spikplinter nieuwe glanzende sticker erin geplakt, -een sticker die ons weer officieel toegang verschaft tot een land,- héél stiekem zijn we dan ook wel weer blij. Want tegelijkertijd zijn al die stickers en stempels ook meteen één van onze mooiste souvenirs en herinneringen aan een land, souvenirs die we met veel trots in ons paspoort met ons mee dragen!

En waar brengt ons spikplinter nieuwe visum ons dit keer naar toe? Naar….. trommelgeroffel… Thailand! Huh, alweer…? Ja alweer! Mijn lieve vriendin Aleide, onze Alkmaarse trots, doet namelijk volgende maand mee aan een groot Muay Thai toernooi in Bangkok. Voor ons een unieke kans om haar te komen aanmoedigen, een kans die we uiteraard voor geen goud willen missen. We hebben dan ook besloten om alvast wat eerder naar Thailand te gaan om het zuiden van het land een bezoekje te brengen, het gedeelte wat wij vorig jaar hebben overgeslagen. Aangezien we dus langer dan een maand in Thailand zullen verblijven, hebben we meteen maar voor een 60-dagen-visum gekozen. Zo zitten we voorlopig weer even op ons gemak!
31 juli 2015 at 09:08
Goedemorgen, Aziegangers. Zouden jullie weer eens iets willen aanleveren voor de AziatischeTijger?
Ik hoor het wel.
Groeten,
Bert Vos.
LikeLike