We hebben de grote stad ingeruild voor het platteland. Na alle hectiek in het circus genaamd Bangkok, is het contrast met de boer’n buut’n enorm, maar het voelt voor ons als thuiskomen. Eindelijk de rust gevonden waar we zo naar verlangden, helemáál na ons teleurstellende eiland tripje.
Onze slaapplek ligt recht aan de rivier. Nee wat zeg ik…, OP de rivier! Bij een homestay/guesthouse achter in de tuin bij mensen thuis, in een simpel houten hutje met slechts een matras op de grond, maar het is alles en meer waar ooit van durfden te dromen. Wakker worden met een uitzicht welke je normaal enkel in gephotoshopte reisboekjes ziet, zó de voetjes in het water kunnen hangen met daarbij een zacht briesje van de rivier die de ergste hitte doet verzachten. Zal dit dan de perfecte plek zijn om eindelijke van onze laatste restjes Westerse,- en ondertussen té hoog opgestapelde toeristenstress af te komen?
Voor ons gevoel zitten we exact in het midden van nergens, maar in werkelijkheid is het ergens in de buurt van Nakhon Pathom, op nog geen 50km ten westen van Bangkok, tussen verschillende kleine (naamloze?) dorpjes in. Hier leven voornamelijk agrariërs dus zoals je al kan raden zijn we omsingeld door rijstvelden en bananenbomen. Wat een heerlijk straatbeeld! Buiten de landbouw om vind je hier ook verschillende kwekerijen en telers. Lotusbloemen, orchideeën, exotisch fruit zoals pomelo’s, jackfruit en mango, maar ook zoutwater garnalen (jaja, je leest het goed, ZOUT water!) en zelfs kikkers worden er hier in de buurt gekweekt. En met een rivier vol vis binnen handbereik, leeft de bevolking hier uiteraard ook voor een groot deel van de visserij.
Vandaag neemt de eigenaar van ons guesthouse ons mee op een fietstochtje dwars door het boerenland. We staan vroeg op om de ergste hitte te vermijden. Héél verstandig blijkt later, want tegen het einde van onze trip, wanneer de zon op z’n felst is, is het voor ons koudkikkerlandbewoners haast niet meer vol te houden. Gelukkig wacht er een koude douche ons op bij thuiskomst, en oja, we zitten aan de rivier, dus als we willen kunnen we zelfs nog even plonsen ook!
De tocht is adembenemend mooi, overal waar je kijkt zie je rijstvelden, kokos- en bananenbomen. We trekken veel bekijks, want de mensen zien hier bijna nooit toeristen, laat staan van die lange witte exemplaren op een fiets! Terwijl we passeren wuiven ze ons allemaal vriendelijk toe, en op de achtergrond wuiven de palmbomen ook gezellig mee.
Zo nu en dan nemen we een stop om van dichtbij het zware boerenleven te kunnen bekijken. Het werk hier op de rijstplantages gebeurt veelal machinaal, in tegenstelling tot het Noorden, waar ze door het bergachtige landschap gedwongen zijn om bijna alles met de hand te doen. Maar ook al is het verbouwen van rijst in dit gebied dus relatief makkelijk, de boeren gaat het hier zeker niet altijd voor de wind. Juist door het vlakke landschap hebben ze vaak te maken met overstromingen, welke soms een hele oogst doen laten mislukken. Maar door hard te werken boeren de boertjes hier vrij goed en zijn daardoor dan ook mega trots op hun land en hun werk en laten dat met veel liefde aan ons zien.
Eenmaal thuis, na een ruwe 30km op ons stalen ros te hebben gezeten, wacht er nog een lekker maaltje op ons van Moeders de Vrouw. En als we dan eenmaal moe en voldaan voor ons hutje aan een frisse pint zitten, besluiten we meteen maar om hier nog wat extra daagjes te blijven….
Vanavond proberen we vroeg ons hutje in te duiken, want we hebben morgen vroeg een afspraak met een monnik! Maar daarover later meer….
















4 juli 2014 at 13:05
suz een helmpje op met fietsen?…hihi
LikeLike
4 juli 2014 at 15:19
Hahahaja joh, ik ging sneller dan het licht! ( maar eigenlijk was het gewoon als bescherming tegen de zon, bij gebrek aan pet/hoed)
LikeLike